Varkens in Berlewalde
Waar de runderen vooral in de halfopen bosweiden graasden, gold dit voor de varkens in het opgaande eikenbos. Varkens zijn omnivoren en daarom niet gebonden aan grazige plekken, maar konden zich in de opgaande bossen te goed doen aan vruchten, insecten en wormen.
De begroeiing van een droog eikenbos bood daarvoor prima omstandigheden voor de beweiding door varkens, die zich in het bijzonder tegoed konden doen aan de eikels. Dit gebruik werd 'akeren' genoemd, waarbij 'aker' verwijst naar de eikel.
Voor het laten akeren van de varkens in de bossen zijn twee redenen geweest. De belangrijkste was het vetmesten van het varken, waarbij de eikels als hoofdvoer golden. Als de varkens zich tegoed deden aan eikels en andere boomvruchten, kreeg het vlees een zeer gewaardeerde smaak, een eigenschap die we tegenwoordig nog kennen van de beroemde Spaanse serranoham die eveneens gebaseerd is op het vetweiden van varkens met eikels.
Het varken was het meest gegeten vlees in de middeleeuwen en elke boer bezat wel enkele varkens.
Het laten akeren van de varkens had verder als voordeel dat de bosbodem flink werd omgewoeld. De eikels die niet door de varkens werden gegeten, vonden daardoor een goed kiembed, zodat het bos zich gemakkelijker kon verjongen.
Vanaf het laatste kwart van de zestiende eeuw zijn er geen duidelijke aanwijzingen meer over het akeren van varkens.
Type varken
Helaas zijn middeleeuwse varkensrassen uitgestorven. Typische kenmerken van middeleeuwse varkens zijn: lange schedel (zoals tegenwoordig bij het wilde zwijn), staande oren, lange benen, slank lichaam, sterke beharing, rechtopstaande rugkam en een rechte staart.
Op de volgende pagina's behandelen we enkele huidige varkensrassen die aan het beeld voldoen.
De begroeiing van een droog eikenbos bood daarvoor prima omstandigheden voor de beweiding door varkens, die zich in het bijzonder tegoed konden doen aan de eikels. Dit gebruik werd 'akeren' genoemd, waarbij 'aker' verwijst naar de eikel.
Voor het laten akeren van de varkens in de bossen zijn twee redenen geweest. De belangrijkste was het vetmesten van het varken, waarbij de eikels als hoofdvoer golden. Als de varkens zich tegoed deden aan eikels en andere boomvruchten, kreeg het vlees een zeer gewaardeerde smaak, een eigenschap die we tegenwoordig nog kennen van de beroemde Spaanse serranoham die eveneens gebaseerd is op het vetweiden van varkens met eikels.
Het varken was het meest gegeten vlees in de middeleeuwen en elke boer bezat wel enkele varkens.
Het laten akeren van de varkens had verder als voordeel dat de bosbodem flink werd omgewoeld. De eikels die niet door de varkens werden gegeten, vonden daardoor een goed kiembed, zodat het bos zich gemakkelijker kon verjongen.
Vanaf het laatste kwart van de zestiende eeuw zijn er geen duidelijke aanwijzingen meer over het akeren van varkens.
Type varken
Helaas zijn middeleeuwse varkensrassen uitgestorven. Typische kenmerken van middeleeuwse varkens zijn: lange schedel (zoals tegenwoordig bij het wilde zwijn), staande oren, lange benen, slank lichaam, sterke beharing, rechtopstaande rugkam en een rechte staart.
Op de volgende pagina's behandelen we enkele huidige varkensrassen die aan het beeld voldoen.