Heidekoe
heidekoetjes kwamen tot aan het begin van de 20ste eeuw voor in heidegebieden in Nederland. De dieren waren uit Nederland verdwenen, maar Geldersch Landschap en Kasteelen heeft een succesvol fokprogramma opgezet met heidekoetjes uit Denemarken. Daarvoor werden in 2007 twaalf runderen van een zeldzaam Deens ras naar Gelderland gehaald. Het betrof zes kleine zwartbonte echte heiderunderen en zes bonte koeien van het iets grotere graslandtype. Door middel van kruisingen tussen beide typen wordt getracht weer kleine bonte heidekoeien terug te fokken.
Heidekoeien zijn klein, sober en gehard en prima geschikt voor arme gronden. De schofthoogte ligt rond iets meer dan 1 meter.
De kleurstelling is deels zwartbont, een kleurstelling die tot aan het eind van de middeleeuwen niet voor kwam in Nederland. Roodbonte runderen zijn wel bekend, maar in verhouding heel weinig en bovendien met meer rood dan wit in de vachtkleur. Een kruising met bijvoorbeeld Dexter rund, of Schotse Hooglander, leidt tot een meer waarheidsgetrouw beeld van een Berlewalds rund en bovendien tot een bredere genetische diversiteit.
Heidekoeien zijn klein, sober en gehard en prima geschikt voor arme gronden. De schofthoogte ligt rond iets meer dan 1 meter.
De kleurstelling is deels zwartbont, een kleurstelling die tot aan het eind van de middeleeuwen niet voor kwam in Nederland. Roodbonte runderen zijn wel bekend, maar in verhouding heel weinig en bovendien met meer rood dan wit in de vachtkleur. Een kruising met bijvoorbeeld Dexter rund, of Schotse Hooglander, leidt tot een meer waarheidsgetrouw beeld van een Berlewalds rund en bovendien tot een bredere genetische diversiteit.